“Hey, je hebt hier iets.” Simon tikt met zijn wijsvinger tegen zijn voorhoofd. Dan gaat hij verder tegen de onbekende jongeman met capuchontrui die naast hem staat bij de bushalte: “Volgens mij is het een tatoeage van een Chinees teken dat ‘great warrior’ betekent. Moet je misschien even laten weglaseren.”
“Oh, thanks. Goed dat je het zegt man”, antwoordt de jongen, terwijl hij zijn duim een beetje vochtig maakt in zijn met goud ingelegde mond. “Ik heb zo een sollicitatie. Was echt gênant geweest als ik hiermee was komen aanzetten.”
Je moet het in de context van de omgeving zien.
Een ‘tattoo’ is een soort tatoeage hè?
Er staat: “Ik loop vreselijk voor lul.”
Dat probleem heb ik ook wanneer mensen dingen door hun hoofd heen gestoken hebben.
Snotringen, Frankenstein-knoppen, je weet wel.
Doodeng!
Meestal zijn ze al overleden en in zombie-toestand.
Ik durf ze dan al niet meer te helpen en houd stilletjes mijn mond.
Eigenlijk loop ik altijd hard weg!
Met een tattoo op kr gezicht solliciteren is tot daar aan toe. Maar ongeschoren onanerend in de directiestoel pm een baantje komen bedelen gaat iets te ver.
De schapen moeten gebrandmerkt worden.
Ja, zo dromen we allemaal wel eens van het één of ander. Zoals bijvoorbeeld iets heel gevats zeggen tegen Kim Jong-un op het partij-congres, of op straat Katja Schuurman tegen het lijf lopen die dan ‘hi’ zegt en je onwijs gaat zoenen.
Katja Schuurman is oud. Dat is net zoiets als Patricia Paay tegenkomen en dat ze vraagt of jij over haar heen wilt plassen
Ieder denkt vanuit het eigen perspectief. Misschien moet ik mijn perspectief eens verbreden.
De arme man kan het niet helpen.
Hij stemt immmers op de Partij Voor Vrijheid en democratie.
ook als die persoon met tattoo op zijn gezicht een tattoo op zijn gezicht heeft van Thierry Baudet?