Een merkwaardige ontdekking vandaag door onze redacteur Jos. Hij stuitte op de nog levende overblijfselen van het lichaam van Bötzi, het tot nog toe onbekende broertje van de wereldberoemde ijsmummie Ötzi. Bij nader onderzoek is gebleken dat hij nogal uitgelubberd is. Hij is kaal, maar heeft ook lang vlassige slierten haar die van de randen van zijn schedel langs zijn schouders bungelen. Zijn huidskleur vinden we lastig te duiden.
Bötzi leeft dus nog, hij werkt bij de Xenos in Waddinxveen. De bestudering van Bötzi, in het bijzonder zijn voeding, kleding, uitrusting en bewapening, heeft kennis opgeleverd over het leven in het heden. Zijn uitrusting bestond uit vloeitjes, resten tabak “om op te roken”, een BIC-aansteker die hij vermoedelijk gebruikte voor het maken van vuur, een halve sultana, wat kauwgom, een touw vol knoopjes, mogelijk voor het luisteren van verschillende soorten muziek. Hiermee scharen we Bötzi eerder onder de zogeheten ‘horders’ dan onder de jagers en verzamelaars.
Onze kersverse ontdekking zegt nog nooit in de Alpen te zijn geweest, hoe hij aan zijn naam komt is voor hemzelf ook een raadsel. Verder zijn we niet veel te weten gekomen over het mysterieuze leven van de groezelige oermens Bötzi. We probeerden een DNA-monster bij hem af te nemen, maar dat pikte hij niet.
Er is in de internationale pers nog weinig geschreven over onze ontdekking.