Na jarenlang intensief onderzoek heeft de 34-jarige Peter van Rozen uit Spijkenisse nog steeds geen onomstotelijk bewijs gevonden van het bestaan van de clitoris. Zelf gelooft hij inmiddels niet meer in het bestaan ervan, maar denkt hij wel dat er ‘iets’ is.
“Vroeger werd ons tijdens biologie op de middelbare school wijsgemaakt dat vrouwen een soort gevoelig plekje op hun lichaam hebben waarvan het topje boven de binnenste schaamlippen zit.” legt Peter uit terwijl hij boven een geschiedkundig boek op zijn bureau hangt. “Hier staat zelfs dat er voor Christus al over die zogenaamde ‘clitoris’ werd geschreven. Maar die geschriften zijn allemaal verloren gegaan. Dat klinkt voor mij allemaal nét iets te toevallig.”
Na jarenlang zoeken is het voor Peter wel duidelijk geworden dat er in ieder geval iéts moet zijn tussen vagina en schaambeen. Peter: “Tijdens een onenightstand dacht ik voor twee seconden dat ik de clitoris eindelijk gevonden had, maar dat bleek vals alarm.” Hij zucht. “Nu ik na al die jaren zoeken nog steeds geen bewijs heb gevonden is mijn geloof in dat heilige stukje vrouwelijkheid vrijwel compleet verdwenen. Maar wat mij betreft is de zoektocht belangrijker dan de bestemming.”
Peter van Rozen (34) heeft te weinig ervaring na één vluchtige seksuele ervaring met het vingeren van een meiske (one night stand – red.) op puberleeftijd om ook maar iets te weten van clitorissen.
Peter Rozen is een schuilnaam. Echte naam is bij mij bekend,