robert paul van beets / Shutterstock

robert paul van beets / Shutterstock

De Speld Sport PRO: wie is Ronny DeVico, ‘De Bad Boy van het Jeu des Boules’?

Een onnodig lang profiel (deel 1)

Het leven van Ronny DeVico, ook wel bekend als een van de grootste talenten die het jeu des boules ooit heeft voortgebracht, wordt gekenmerkt door de wildste verhalen en met drank overgoten nachten. Hij is de man over wie Paul Gascoigne ooit zei: “Als ik één dag zou leven als Ronny, zou ik nu allang onder de grond liggen.” Maar wie is Ronny DeVico – die de torenhoge verwachtingen nooit waar zou maken – echt? Wat zit achter de nachtelijke bacchanalen, de ongekende woedeaanvallen en die korte periode van pyromanie? Dit is het echte verhaal van ‘De Bad Boy van het Jeu des Boules’.

Ronny DeVico werd geboren in een simpel arbeidersgezin in Orlando. Zijn jeugd, die hem naar eigen zeggen flink zou vormen, was bikkelhard: op jonge leeftijd werd hij onderdeel van de gang ‘Los Chicos’, die zich specialiseerde in overvallen op ambachtelijke bakkerijen. Toen hij op warme zomeravond in Florida een steen panklaar op het hoofd van de leider van een rivaliserende bende gooide, zag hij het licht. “Daar moet je wat mee doen”, zei een bevriend bendelid. Zo werd zijn jeu des boules-carrière geboren.

DeVico toog naar het toenmalige Joegoslavië, in de regio die we nu kennen als Montenegro. Daar, in het jeu des boules-mekka van de wereld, leerde hij de kneepjes van het vak. Dag in dag uit slingerde hij zware, metalen ballen op het trainingsveld. Overdag bekwaamde hij zich in de jeu des boules-sport, ‘s avonds werd hij verliefd op Maria, de uitbaatster van een café onder de rook van Nikšić. Het is daar dat hij zijn voorliefde voor de fles en oudere vrouwen opdeed. Maar vooral was het toch de plek waar hij gevormd werd als veelbelovende youngster met een gave voor de technisch perfecte worp.

En talent heeft hij, Ronny DeVico. Of ‘Rocket Ronny’, zoals hij in het wereldje wordt genoemd, door het enorme tempo waarin hij zijn ballen op de cochonnet afvuurt. Al toen hij 16 was won hij zijn eerste Major in Toulouse. Hij kwam nipt punten tekort om de eerste plaats op de ranking af te dwingen dat jaar, maar de hele wereld wist: dit wordt er eentje waar we rekening mee moeten gaan houden.

“Je moet de bal behandelen zoals je ergste vijand: ruw en nietsontziend”, zei hij zelf altijd grijnzend.

Maar nog geen jaar later maakt de jeu de boules-wereld ook kennis met de grillige kanten van de wonderboy uit Orlando. Als het niet loopt zoals hij wil, verliest hij zichzelf in woede-uitbarstingen. Op een klein toernooi in Bremen heeft hij zichzelf niet in bedwang en smijt hij uit frustratie een van zijn ballen naar een langslopende gans. Het dier weet het incident ternauwernood te overleven, maar moet het de rest van zijn leven doen met een gemankeerde heup. Ronny wordt gediskwalificeerd, gaat nog verder door het lint en brengt die nacht door in een politiecel. Later zou blijken dat hij in een nachtclub een in de fik gestoken shotje in het oog van een bezoeker had gedrukt. Hij is op dat moment pas 17 jaar oud. Dat jaar gaat het van kwaad tot erger.

“Bij dit soort jongens zou het altijd over zijn talent moeten gaan”, vindt jeu de boules-verslaggever Pablo Maalderink. “Maar het enige wat je over hem leest is dat hij weer de auto van zijn trainer in de fik heeft gezet, of dat hij seks had met vier prostituees in de persoonlijke badkamer van de Paus. Dat is gewoon doodzonde. Wat mij betreft heeft dat ook niks met jeu des boules te maken.”

Ronny blijkt mateloos, in alles. Na zijn tweede seizoen als profbouler meldt hij zich na de winterstop met een pondje of twintig te veel op de training. Hij wordt beschimpt in de media. Mensen noemen hem Ronny McDonald’s. Hij gaat door een diep dal en probeert zijn pijn te verzachten met krankzinnige hoeveelheden drugs en flügel. Wonderbaarlijk genoeg blijft hij toch nog wedstrijden winnen.

Maalderink: “Hij is zo’n ontzettend natuurtalent, dat heb ik nog nooit gezien bij iemand anders. Een force of nature. Je vraagt je bij Ronny altijd af: wat had hij allemaal gewonnen als hij dat rauwe randje niet had gehad.”

Na een periode waarin hij de overwinningen aan elkaar rijgt (hij wint onder meer de Jeu des Boules Open, en het Grand Slam-toernooi van Montreux), begint DeVico steeds vaker te verliezen. “De demonen kregen de overmacht”, verzucht Maalderink. Sloopkogel Ronny verandert in iemand die nog geen deuk in een pakje boter gooit. DeVico zit met zichzelf in de knoop en overweegt voor het eerst in zijn leven om de but achter zich te laten. Zijn Montenegrijnse leermeesters praten op hem in, maar hij lijkt niet voor rede vatbaar.

Dan, uit het niets, volgt de opleving. Ondanks de met Stroh 80 gevulde nachten is DeVico een seizoen lang scherper dan ooit. Dit jaar, dat toevallig samenvalt met een korte periode van pyromanie waarin hij alles dat hij voor ogen krijgt in de fik steekt, breekt hij record na record. Hij wint voor het eerst in zijn leven de Gouden Boul. De bokaal gaat nog dezelfde nacht in vlammen op.

Kort daarna volgt – hoe tragisch het ook is – het einde. “Het incident in Kufstein heeft zijn carrière verwoest”, zegt Maalderink. “Als dat niet gebeurd was, had hij nog jaren op het hoogste niveau kunnen werpen. Helaas, hij heeft het zelf verkloot. De Kufstein-affaire was het einde.”

Tijdens de Kufstein-affaire slingerde DeVico op een donderdagnacht minutenlang zware, metalen ballen door een discotheek in Oostenrijk. Zeventien mensen raakten gewond, drie anderen lieten het leven. Tijdens de rechtszaak werd Ronny DeVico gevraagd wat hem bezielde, waarom hij 87 metalen ballen in een koffer bij zich had en in hoeverre de cocaïne hem beïnvloed had. Hij zweeg, zoals wel vaker.

Na de Kufstein-affaire en zijn gevangenisstraf werd het stil rondom DeVico. Hij stopte met jeu des boulen en trok zich terug in zijn geboorteplaats Orlando, waar hij een zorgboerderij opende. Toch kroop het bloed waar het niet gaan kon: in februari 2020, jaren na zijn laatste wedstrijd, dook hij opeens op in Guatemala-Stad, waar de kwalificaties voor het WK Jeu des Boules werden gehouden. Daar, midden in Midden-Amerika, gooide hij iedereen op een hoopje. “Het was spectaculair, alsof hij nooit was weggeweest”, mijmert Maalderink.

DeVico zal altijd de man van ‘wat als?’ blijven. Af en toe laat hij nog zijn klasse zien, maar nog veel vaker komt hij in het nieuws omdat hij zich weer in de problemen drinkt, of omdat hij een affaire heeft met een voormalige Miss Universe, of omdat hij tienduizenden dollars uitgeeft aan een tropisch aquarium dat hij vervolgens tot moes slaat. Hij zal altijd het eeuwige talent binnen het profboulen zijn, iemand die zijn potentie nooit helemaal heeft benut. De George Best van de werpsport heeft er misschien niet alles uitgehaald, maar veel belangrijker: hij heeft geleefd voor tien.

Dit was het eerste deel van onze reeks over Ronny DeVico. In deel 2 zullen we dieper ingaan op zijn exhibitionisme en zijn aparte band met Fidel Castro.


Uw reactie telt. Juist nu.

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

gravatar

Ik kijk nu al uit naar deel 2. Altijd als je hem zag gooien wist je dat hij met elke boul die hij smeet, ook een deel van zichzelf wegwierp. Een leegte die hij daarna dan probeerde te vullen met zijn krankzinnige gedrag.

Reageer