Als je in de jaren negentig bent opgegroeid weet je het misschien nog wel: vroeger mocht je altijd maar een half uurtje radicaliseren op het internet per dag. Soms kon je zelfs een hele dag geen nazistische complottheorieën lezen omdat je ouders een belangrijk telefoontje verwachtten. Zo irritant!
1. Het internet was zo langzaam dat het nog een paar minuten duurde om de homepage van Niburu te laden. Zucht, zo kwam je natuurlijk nooit alles te weten over de valutamanipulatie van de Rothschilds.
2. Je ouders zeiden altijd dat je vierkante ogen zou krijgen als je te lang aan een stuk radicaliseerde op het internet. En je geloofde dat! Wat een onzin, alleen reptielenmensen hebben vierkante ogen, duh!
3. Je had altijd ruzie met je zus omdat zij altijd met haar vriendinnen wilde bellen en jij de Geocities-pagina van de KKK wilde bekijken.
4. Weet je nog? Op Hyves kon je naar vrienden krabbelen dat de Holocaust een zionistische leugen was zonder dat je ouders konden meelezen.
5. Na het radicaliseren moest je altijd buitenspelen. Maar daar vond je niets aan. In de buurt woonden bijna geen radicale kinderen, alleen decadente westerse ongelovigen. Wakker worden Jordi!
6. Er zat in de klas altijd wel iemand die thuis al een ISDN-verbinding had. Die kon al precies uitleggen waarom het feminisme de westerse beschaving ondergraaft terwijl jij je moest behelpen met vrouwonvriendelijke leesboekjes uit de schoolbibliotheek.
7. Het geluid dat de inbelverbinding maakte voordat je op Altavista op zoek ging naar onthoofdingsfilmpjes. Die goede oude tijd!
Je moest toen je computers linken met een kabel, en als de ander WIndows95 had en jij 3.1 liep de hele boel vast.
Dat kind in de klas die al ISDN-verbinding had was Thierry Baudet.
Ja, die romantiek! Dat vier weken na bestelling je illegale cd-rom door van Gent & Loos werd bezorgd..
– zucht –
En je stuurde antrax in een voldoende gefrankeerde enveloppe.
Vroeger was alles beter.
Dat heb je goed opgeschreven koffiepraat.