Beekse Bergen gefopt door natuur

Hij was altijd de trots van safaripark Beekse Bergen, het negenbandige gordeldier Bob-Jan. Naar nu blijkt, heeft het beest verzorgers en publiek de afgelopen twaalf jaar op het verkeerde been gezet: Bob-Jan blijkt een wijfje. Een reconstructie.

Twaalf jaar geleden kwam het gordeldier uit het Surinaamse regenwoud naar het safaripark in Hilvarenbeek. Hij was een jonkie, verlaten door de ouders. Al snel groeide hij uit tot een publiekslieveling. Een prijsvraag werd uitgeschreven om een naam te bedenken. Deze werd gewonnen door Fransje van Kralingen. Van Kralingen: “Ik vond het een grappige naam, Bob-Jan. Want het is een hele sjieke naam voor een gordeldier.”

Naar het geslacht van Bob-Jan is, naar nu blijkt, nooit fatsoenlijk onderzoek gedaan. “Dit is ook heel moeilijk bij gordeldieren”, legt verzorger Bob de Swaan van Beekse Bergen ons uit, “je moet verschillende gordels opzij schuiven en vervolgens is het nog steeds bijna niet te zien.”

In het verleden is verschillende malen geprobeerd om Bob-Jan aan vrouwelijke gordeldieren te koppelen in een fokprogramma voor de bedreigde diersoort. Dat hierbij nooit beter is gekeken naar het geslacht van het dier, is voor de Partij voor de Dieren onverteerbaar. Fractievoorzitter Marianne Thieme: “Hieruit blijkt maar weer dat er nog veel te weinig aandacht is voor het behoud van biodiversiteit. Het is doodjammer. Bob-Jan had inmiddels al wel honderd kleine gordeldiertjes kunnen werpen. Ik overweeg Kamervragen.”