Het Wetboek van Strafrecht ligt onder vuur. Er gaan steeds meer stemmen op dat het wetboek zich veel te veel focust op dingen die allemaal niet mogen. Veel mensen vinden het boek veel te negatief.
Rechtsgeleerde Bert Bokhoven signaleert dat er veel onrust bestaat over het wetboek en denkt dat het wellicht verstandig is om het boek ofwel te rebranden of te herschrijven. “Er zijn zoveel dingen die wél mogen in dit land, maar daar lees je dus helemaal niets over. Terwijl je weet dat mensen het niet leuk vinden als ze in hun handelen beperkt worden. Als je het boek doorbladert, lees je eigenlijk alleen maar: je mag dit niet, blijf daar vanaf, je hebt het recht niet om andermans spullen te slopen etcetera, etcetera. En dat gaat honderden pagina’s zo door. Mensen zijn klaar met die betutteling.”
Dus ziet Bokhoven graag een positievere benadering. “Het is wetenschappelijk bewezen dat mensen veel eerder geneigd zijn om zich te gedragen als je ze wijst op de positieve kant van de zaak. Door bijvoorbeeld te zeggen: goed, je mag deze persoon misschien niet midden op straat neersteken, maar je mag wél naast hem gaan lopen en zomaar een praatje met hem aanknopen. Hoe gaaf is dat?”
Gelukkig ziet Bokhoven wel dat er ook initiatieven worden ontplooid om een wat vrolijkere draai te geven aan het verhaal. Zo zegt een groep rechtsgeleerden van de Universiteit Leiden te werken aan een Wetboek van Magrecht, waarin alle gave dingen worden opgesomd die je in dit land bij wet wél mag. Naar verwachting moeten we nog wel enkele eeuwen wachten tot dit nieuwe werk is afgerond.
