Sem uit Utrecht maakt een prima Koningsdag op de vrijmarkt door. Althans, dat denkt hij. De 9-jarige verkoopt oma namelijk voor vijftien euro.
Vlak na de transactie noemt Sem het “een prima deal voor een koektrommel die al een jaar stof stond te happen”. De koper, ene Fons uit Bunnik, is in ieder geval in zijn nopjes met de aankoop. De ouders van Sem hebben nog niet op het voorval kunnen reageren, maar dat lijkt een kwestie van tijd wanneer Sem vanavond thuiskomt.
“[…} maar dat lijkt een kwestie van tijd wanneer Sem vanavond thuiskomt.”
Noodzakelijke correctie:
“… of Sem vanavond thuis komt.”
of
“… lijkt een kwestie van geduld tot Sem thuis komt.”
“9 jaar en geduld is een gedachte”
Het corrigeren een thuiskomen.
Voelt Sem zich wel thuis? Na 9 jaar?
Ik begrijp van dit verhaaltje geen sodemieter!
Eerst schrijft Jasper dat een jonge jongen zijn oma voor een krats heeft verkocht.
Een alinea verder blijkt tot mijn geruststelling dat hij d.m.v. een overeenkomst (deal – red.) met een koper het de geliefde koektrommel van zijn oma te zijn.
Netjes houden mevrouw van de Buren:
“Ik begrijp niks van dit verhaaltje.”
Correct taalgebruik mevrouw:
“[…] de geliefde koektrommel van zijn oma te zijn.”
Ik begrijp dat er niks begrepen mag worden.
Uitjes fruiten moet vanuit uitjes in netjes.
Een vrijmarkt mag alleen als onze koning jarig is. Daaruit blijkt dat die meneer veel te teveel macht heeft over zijn onderdanen. En maar geloven dat wij in een democratie wonen.
Gedeelde macht dan.
Ik voel mij geen onderdaan zonder dat het vanuit een belastingstelsel alles mag in een vrijheid zonder mensen naar het leven te staan.
Na een geur-en smaakproef kwam ik tot de conclusie dat het product over de uiteste houdbaarheidsdatum was en ik heb het terug geprobeerd te brengen. Helaas was deze “Sem” met de noorderzon vertrokken.
Daar gaat het niet om.
Ach, nog een keer uitleggen.
Geef je opa of oma en vader en moeder maar op. En zoek het noorderzoon licht zelf…