Met de geboorte van een baby op de afrit naar Delft van de A13 laait de discussie weer op over de ongelijke kansen die snelwegbaby’s al bij geboorte hebben. “Als je op de A4 geboren wordt ziet je leven er vaak heel anders uit dan als je wieg op een schamele vluchtstrook van de A13 stond”, zegt socioloog Simone Vrugt. “A4-baby’s hebben over het algemeen een groter netwerk, meer voorzieningen, en vinden sneller aansluiting met andere delen van de bevolking.”
“Kinderen van ouders die op de A13 zijn geboren worden ook vaak ingeschat als A13-baby’s. Ja, je wieg staat in de buurt van een distributiecentrum van de Albert Heijn, ja, de TU Delft is in de buurt, maar in de praktijk is de afstand tot zulke instituten gewoon best groot. Wie voor een vluchtstrook geboren is, wordt niet zo heel snel een parkeerplaats.”
Dat er toch mogelijkheden zijn om door te groeien, bewijst de 24-jarige Kai, geboren op de A28 vlakbij knooppunt Hoevelaken. “Ik kom uit een familie met alleen maar N-wegbaby’s. Ik ben de eerste van mijn familie die op een snelweg is geboren.”
Ik rij voor mijn werk vaak over zowel de a4 als de A13, maar ik heb nooit een wiegje zien staan op een van de rijbanen en zelfs niet op de vluchtstroken. Dat lijkt mij eerlijk gezegd erg gevaarlijk. Die bewering van beide redacteuren klopt dus niet.