Rutte eist dat Netflix iets fatsoenlijks online zet zodat Nederlanders binnen blijven

Het is twee uur ‘s middags en Mark Rutte heeft weer een van zijn befaamde driftbuien. De minister-president hangt al anderhalf uur aan de lijn met Reed Hastings, de CEO van Netflix. Het is een gesprek van levensbelang: als Netflix niet snel iets fatsoenlijks online zet, blijven Nederlanders gewoon naar buiten gaan.

“Maar excellentie,” zegt Hastings met een dun stemmetje. “We hebben toch al heel veel mooie series online staan?” Dat argument gaat er bij onze premier mooi niet in. “Serieus pik?” briest hij. “Ratched? Emily in Paris? Jane the Virgin? Waar zijn jullie in godsnaam allemaal mee bezig? Het lijkt daar wel een tamponreclame.”

“We hebben toch ook Undercover?” zegt Hastings plotseling vastberaden. “Ja duh,” zegt Rutte. “Eens per week. En wat doen Nederlanders met die andere zes dagen? Elkaar besmetten, ontzettende bamilul dat je er bent.”

“We hebben met het kabinet gebrainstormd,” bitst Rutte. “Schrijf even mee. Wiebes wilde iets met draken en incest. Wouter Koolmees had wel een geinig ideetje over een leraar die drugsdealer wordt, en Mona Keijzer vraagt of jullie alle concerten van Jan Smit online kunnen zetten.”

“Maar-” zegt de Netflix-CEO. “Niks maar!” schreeuwt Rutte. “Gewoon uitvoeren. Bel ik hier met de jostilijn of wat?” “Nee meneer,” piept Hastings. “Mooi. En nu aan het werk. Emily in Paris. Manmanman.”